León - Oviedo
León (La Robla, Buiza, Payarés, Pola de Lena, Mieres) Oviedo, 125km.
Laatste week mei 2010
Grofweg: 3 dagen berg op en 3 dagen bergaf. (150-1350 meter hoogte)
Vanwege het onverwachts hebben van wat extra dagen vóórdat ik zou beginnen met een deel van de camino del Norte vanaf Avilés dacht ik aan een aanrader over de 'Klassieke omweg' (bij Leon niet de Camino Francés te vervolgen, maar rechtsaf te slaan naar Oviedo, de Camino San Salvador, en vervolgens de Camino Primitivo te lopen naar Palas del Rei of Melide (afhankelijk van welke gids je hebt).
Quien va a SantiagoWat zoveel betekent als:
Y no a San Salvador
Sirve al Criado
Y deja al Señor
Wie naar Santiago gaatDat maakt nieuwsgierig, nietwaar?
En niet naar San Salvador
Bedient de knecht
En vergeet de Heer
Als ik lekker op mijn gemakje zou lopen zou deze route 6 dagen duren. Perfect!
Ik vroeg in een plaatselijke boekhandel naar een gidsje voor deze route, maar die bestond niet. Sterker nog, de man van de winkel vertelde me dat die Camino niet bestond en hij als Spanjaard wist dat zeker. Andere klanten in de winkel bevestigden dat op één na, een leraar van de school aan de overkant, hij was niet zo stellig en bood me aan om op zijn school gebruik te maken van het internet om de benodigde info op te zoeken en eventueel uit te printen. Nou, dat wilde ik wel.
Zo gezegd, zo gedaan. Zeer tevreden liep ik een klein uur later weer naar buiten met zeer nuttige prints.
Op naar Leon, zo rond het middaguur kwam ik aan bij de albergue Monasterio de las madres Benedictinas. Terwijl ik in de rij stond om in te checken werd ik verrast door een bekend gezicht. 2,5 jaar geleden heb ik in Sevilla een taalcursus gedaan op een internationale school. Eén van de klasgenoten was een aardige Duitse dame waar ik dagelijks mee optrok. Ik herinnerde me dat ze me verteld had dat ze niet lang daarvóór van Sevilla naar Salamanca had gelopen, de Via de la Plata. Dat vond ik indrukwekkend. Ik had er nog nooit van gehoord, wel van de Camino Frances, die ik ooit nog wel eens zou willen gaan lopen, maar in die tijd speelde dat niet op de voorgrond in mijn gedachten. Verder hebben we er niet meer over gesproken. Na afloop van de cursus hielden we nog wel een beetje contact via de email, maar het verwaterde toch.
En nu hier in León, was zij één van de dames die de pelgrims inschreef? Ik moest de rij verlaten om van dichtbij te bekijken of dat daadwerkelijk zo was en jawel hoor, ze was het.
Dat was een goed begin, ook omdat zij van een mede-hospitalero wist dat hij de route kende en mij hier meer informatie over kon geven. Het zou een pittige en eenzame tocht worden zonder ontmoetingen van andere pelgrims. Dat leek me zeer onwaarschijnlijk, zeker gezien het feit dat het in de herberg behoorlijk druk was. Er zouden er toch wel een paar rechtsaf slaan?
De man bleek gelijk te krijgen, de klim naar Payares was pittig en niet één pelgrim ben ik tegengekomen.
De eerste dag is toch weer even opstarten, wennen aan het lopen, de rugzak, het ritme van op tijd eten, drinken en slapen enz.
Aangekomen, zoals gebruikelijk, in de eerste bar van La Robla vertelde de barman me dat er géén herberg zou zijn. Volgens mijn informatie wel, er werd gelijk door andere klanten rondgebeld. Het bleek dat er druk gebouwd werd aan de bouw van een nieuwe herberg en dat de pelgrims voorlopig konden slapen in de Polideportivo, bij het politiebureau kon ik de sleutel ophalen. De barman drukte me nog op het hard in het geval de slaapplaats niet goed zou zij, ik terug moest komen en bij hem en zijn familie kon slapen. Ik kreeg begeleiding naar het politiebureau en vervolgens naar de herberg. Dan weet je het gelijk weer wat het is om pelgrim te zijn, de hulp en vriendelijkheid blijft hartverwarmend. Het was duidelijk dat de mensen daar nog niet gewend zijn aan pelgrims.
De herberg was prima, een paar nieuwe stapelbedden, warme douches, het was er schoon en warm. De dekens zaten nog in het plastic van de fabriek. Of ik de eerste peregrina was, weet ik niet, maar ik was wel de eerste die in het gastenboek heeft geschreven.
Een keuken was er niet, wel een magnetron. Maar dat maakt voor mij niet uit, want ik ga eigenlijk altijd in het dorp/bar eten, dus daar ook. Voldoende keuze aan barretjes, met goede wijnen en heerlijke tapas van een dermate hoeveelheid dat een menu del dia niet meer nodig was.
Heerlijk. Dag 2 kan beginnen, naar Buiza. Net als vroeger als je uit logeren ging: zodra je één nacht had geslapen had, was de logeerpartij pas echt begonnen. Het landschap begint te veranderen, meer heuvelachtig, groener, je voelt de natuur langzaam naar je toekomen. Spannend.
Ook hier moest ik even bellen bij de herberg naar de hospitalero, die kwam rap aangesneld om de deur voor me open te doen. Het is wel een voordeel als er geen andere mensen zijn, dat je de sleutel krijgt. Met een avondklok heb je niets van doen. Maar ja, wat moet je in een dorp waar nog maar 80 mensen wonen en geen bar is. Wat nu, dat heb ik nog nooit meegemaakt in Spanje, een dorp zónder bar, wat in mijn geval betekende GEEN eten. Ik had slechts nog een stukje chocolade en fuet. Dat gaat wel, maar als je de hele dag gelopen hebt is het toch wel fijn om goed te eten. Dus ik dacht om 20.00uur, ik loop even een rondje door het dorp en wie weet kom ik wel iemand tegen die me aan wat eten kan helpen. Nog geen 100 meter verderop stonden 3 mannen met elkaar te praten. Ze spraken me nieuwsgierig aan, het was al bekend dat er een peregrina del norte in het dorp was. Één van de mannen bleek een Nederlander te zijn, die net op dat moment zijn jaarlijks bezoek aan zijn oma deed. Na wat gepraat te hebben, vertelde de nederlander dat zijn oom iedere avond naar een naastgelegen dorp gaat voor wat copas met tapas en dat ik wel mee mocht.
Dag 3, de klim naar Payares, Montaña Central, uitloper van de Picos de Europa. Er waren wegomleggingen vanwege de bouw van een nieuwe tunnel, na wat dwaling en omweg kwam ik heel laat aan in de herberg, het was bijna 21.00 uur. Marisa, de hospitalera, ging voor me koken wat ik maar wilde in haar huis. Een super visje met alles erop en eraan bracht ze even later bij me. Hoeveel ik wilde betalen voor het overnachten, warm eten en ontbijt, moest ik maar zien. Het landschap was zo betoverend mooi deze dag, ik denk dat het het mooiste landschap is wat ik ooit gezien heb en dat maakte de pijn aan mijn bijzonder zere voeten weer helemaal goed.
Zondag, bergafwaarts naar Pola de Lena. Wat ging dat gemakkelijk. Zondag is echt een dag om toertochten te maken op de fiets of met de motor. Hele groepen kwam ik tegen. Zij gingen de berg nog op. Animo!!! (voor de fietsers dan).
Deze dag was het minder koud, lekker zonnetje, alles vredig, mooi en inmiddels was ik alweer aardig gewend aan het pelgrimsleven. Het verbaasde me wel dat voor deze tijd van het jaar, eind mei, het toch behoorlijk fris was. In de ochtend zelfs koud.
Wederom stempel en sleutel op het politiebureau.
Alweer de één na laatste dag, een zeer korte etappe naar Mieres. Waar ken ik die naam toch van. Ah, niet lang geleden heb ik de fim 'Torre de Suso' gezien, wat zich hier afspeelde. Misschien herken ik het één of ander of zie ik de toren. Pero no, nada.
Het was een onwaarschijnlijk lang dorp met aan het eind, eigenlijk al het volgende dorp, de herberg. Vandaag was de etappe kort, maar ik heb vaker gemerkt dat de beleving van de duur van een etappe een mentaliteitskwestie is. Een korte etappe kan zoveel zwaarder aanvoelen dan een lange.
Als de laatste dag aanbreekt is het tweeledige gevoel weer onvermijdelijk. Enerzijds euforie: je gaat je doel bereiken, el Señor, en anderzijds toch ook weer een afscheid van iets moois. Ik luister nog eens naar La Misa Criolla, gezongen door Mercedes Sosa.
Bij elke stap voel je het stadse met alles wat daarbij hoort dichterbij komen. De herkenbaarheid van het eigen alledaagse leven.
Het was een kleine camino, maar ik was zo los van alles, zo sereen, en ineens was daar het 'gewone' pelgrimsleven. Een herberg met strikte regels, lange wachttijd om binnen te komen, veel pelgrims, geen eigen douche en weer gesnurk. Een heuse omschakeling.
Wel kreeg ik een sleutel van de herberg, die ik nog heb ....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten